Kies twee klasgenoten die samen met jou deze webkwestie gaan maken.
Gebruik de informatiebronnen die je hier kunt vinden.
Bekijk de beoordelingspagina waar je op moet lette.
Kies:
Twee kunststijlen of kunstperioden uit de lijst hieronder.
Kies uit elke stijl/periode vijf kunstenaars met twee schilderijen of beeldhouwwerken per kunstenaar.
Dus bij elkaar 20 schilderijen. Onderstaande kunstromen kun je nader bekijken op de informatiebronnenpagina.
Middeleeuwse Kunst (500 / 1400)
Renaissance (1400 / 1600)
Barok (1600 / 1750)
Neoclassicisme (1750 / 1850)
Romantiek (1780 / 1850)
Realisme (1848 / 1900)
Impressionisme (1865 / 1895)
Pointillisme (1880 / 1891)
Symbolisme (1880 / 1910)
Jugendstil (1890 / 1910)
Fauvisme (1905 / 1910)
Expressionisme (1905 / 1925)
Kubisme (1908 / 1920)
Constructivisme (1914 / 1930)
Futurisme (1909 / 1918)
Dadaïsme (1916 / 1924)
De Stijl (1917 / 1970)
Bauhaus / Nieuwe Zakelijkheid (1919-1930)
Surrealisme (1917 / 1950)
Art Deco (1920 / 1935)
Abstract Expressionisme (1946 /1960)
Cobra (1948-1955)
Pop-Art (1950 / 1960)
Fotorealisme (1960 / Nu)
Verdeel de volgende taken over jullie drietal:
Eén persoon verzamelt informatie over de twee gekozen kunststromingen
De tweede persoon verzamelt informatie over de gekozen schilders en schilderijen van de ene kunststroming.
De derde persoon doet dat van de andere stroming.
Samen kiezen jullie bijpassende muziek. Voor elke kunststijl eigen muziek uit diezelfde periode en bij de stijl van de schilderijen.
Maak samen een digitale presentatie met de twee kunststijlen, schilderijen en schilders. Probeer de bijpassende muziek in presentatie te verwerken of lever anders Spotify-linkjes met de muziek per kunststijl aan.
Op de pagina "informatiebronnen" vind je tips en truc voor Powerpoint, Google Presentatie en Prezi.
Presenteer jullie project voor de klas alsof het voor de museumdirectie is